Noodmaatregelen

Een noodmaatregel is een maatregel die ingezet kan worden bij het constateren van een noodsituatie. Inzet wordt gekenmerkt doordat deze onder tijdsdruk plaatsvindt.

De sterkte-noodmaatregelen zijn onderverdeeld in de volgende typen: Waterstandsverlagende maatregelen (I) Sloot afdammen (II) Opvullen van afschuivingen aan het buitentalud (III) Beveiliging buitentalud tegen erosie (IV) Aanleggen dijkslot (V) Aanleg noodkering (VI) Ophogen dijkkruin ter compensatie van hoogtetekort (VII) Bescherming kruin en buitentalud met geballast folie of geotextiel (VIII) Bescherming buitentalud tegen kolkvorming (IX) Bescherming binnentalud en kruin met folie/geotextiel verzwaard met zandzakken (X) Verzwaring van binnenteen (XI) Versterking binnentalud bij dreigend overloop (XII) Afdichten waterintredepunt aan buitentalud (XIII) Bevorderen afvoer kwelwater (XIV) Aanleg filterconstructie als steunberm (XV) Wellen afdekken (XVI) Zandmeevoerende wellen opkisten (XVII) Aanleg kwelkade in pyramidevorm of in kamvorm met zandzakken (XVIII) Aanleg pipingberm (XIX) Stabilisatie binnentalud met steunberm (XX) Herstel afgeschoven binnentalud (XXI) Herstel afgeschoven buitentalud (XXII) Lokale afschuivingen opvullen (XXIII) Dekzeil plaatsen bij lokaal beperkte schade (XXIV) Verwijderen drijfvuil (XXV) Diepe gaten vullen met zandzakken (XXVI) Opvullen van graverijen en holle ruimtes (XXVII) Steunen binnentalud met zandzakken (XXVIII) Bescherming restprofiel (XXIX) Teensloot dempen met zand (XXX) Stabiliteitsberm aanleggen (XXXI) Gaten in grasmat opvullen (XXXII) Talud onder water aanvullen met zandzakken (XXXIII) Scheepvaartsmaatregelen (XXXIV) Verkeersmaatregelen (XXXV) Bressluiting (XXXVI) Grasmat doorprikken Grasbekleding nat houden Taludbekleding van klei aanbrengen

Noodmaatregelen

oud

Navigatiemenu

Persoonlijke instellingen

Naamruimten

Varianten

Weergaven

Handelingen

Zoeken

Navigatie

Hulpmiddelen