Bevorderen afvoer kwelwater: verschil tussen versies
[gecontroleerde versie] | [gecontroleerde versie] |
Regel 42: | Regel 42: | ||
|img= | |img= | ||
− | [[File:Kwel_binnendijks.jpg|200px| | + | [[File:Kwel_binnendijks.jpg|200px|Kwel binnendijks]] |
− | [[File:Kwel_bij_boom.png|200px| | + | [[File:Kwel_bij_boom.png|200px|Kwel bij boom (bron: Handboek Dijbewaking 2012)]] |
|quality= | |quality= | ||
red | red |
Huidige versie van 11 sep 2018 om 16:30
Noodmaatregelen - Belastingbeperkende maatregelen - Bevorderen afvoer kwelwater
Het bevorderen van de afvoer van kwelwater kan door de graszode te doorprikken. Het water kan zo eenvoudiger uitstromen en vervolgens afstromen naar daarvoor gegraven greppels. De greppels kunnen worden gegraven als V-vormige of U-vormige greppels haaks op de dijk met een maximale diepte van 0,4 m. De onderlinge afstand tussen de greppels is afhankelijk van de lokale situatie (hoeveelheid kwel, hoogteligging terrein etc.) Er kunnen ook drainbuizen of wiepenroosters worden gebruikt om het water te doen afvoeren. Wanneer er ook andere signalen zichtbaar waarvoor een verzwaring van de binnenteen noodzakelijk is kan ook hiervoor worden gekozen. Door deze met goed doorlatend materiaal uit te voeren wordt ook dan het kwelwater goed afgevoerd.
Bij hoge buitenwaterstanden kan kwel achter de dijk opreden. We noemen het kwel als over grotere oppervlakte water uitstroomt zonder der er sprake is van een geconcentreerde uitstroom van water in de vorm van een wel. Het mogelijk dat kwelwater gronddeeltjes vanaf maaiveld meevoert. Deze deeltjes komen samen in de stroompjes waarmee het water vanaf de binnenteen naar de sloot stroomt. In zo'n stroompje, of op de bodem van een kwelsloot kunnen dus meegevoerde gronddeeltjes te zien zijn. Het achterland kan door veel kwel als een waterbed aanvoelen. We spreken dan van verweking. In dat geval kan het zinvol zijn om het kwelwater zo goed mogelijk af te voeren naar de kwelsloten die achter de dijk liggen of naar andere sloten op grotere afstand van de dijk. Opgemerkt wordt dat kwel hoofdzakelijk een wateroverlastprobleem is en geen direct veiligheidsrisico. Wanneer er geen materiaal (grond) uit of onder de dijk wordt meergevoerd of als (zandmeevoerende) wellen worden aangetroffen zal de dijk als gevolg van de kwel ook niet bezwijken. Anderzijds zal de sterke van de dijk nauwelijks toenemen door het al of niet afvoeren van het kwelwater op maaiveldniveau. Hierdoor moeten de maatregelen voor het bevorderen van het afvoeren van water dan ook als een overlast beperkende maatregel worden gezien die in de calamiteiten ranking een lage prioriteit zal krijgen. Wanneer het alleen gaat over het afvoeren van kwelwater op maaiveldniveau zal dit dus weinig invloed hebben op de sterkte van de waterkering. Wel is het zo dat door het eenvoudiger uittreden van kwelwater eventuele waterdrukken (of waterspanningen) niet oplopen. Dit gebeurd echter alleen aan maaiveld niveau waardoor de korrelspanning en dus ook de sterkte op enige diepte nauwelijks toeneemt. Om de waterspanningen op enige diepte in de dijk of ondergrond te kunnen verlagen is bijvoorbeeld een filterconstructie noodzakelijk.
Maatregel betreft grotendeels het verhelpen van wateroverlast. Kengetallen zitten in de omvang van het gebeid waarvoor de maatregel wordt getroffen en het aantal te maken geppels. Dit is afhankelijk van de locatie.
|
|
1 Kennis
2 Hulpmiddelen
- Waakvlamcontracten met aannemers
- Gronddepot en noodmateriaal (BigBags of zandzakken, doek)
- Inhoudelijke kennis bij de beheerder van het betreffende dijkvak
3 Ervaringen
Bij een regionale kering in het beheersgebied van het HHS AGV werd in 2010 een door wateroverspanning verweekt binnendijks maaiveld aangetroffen. In dit geval is het kwelwater, middels met de hand gegraven kanaaltjes, afgevoerd naar de kwelsloot.